Visual van vrouwen van allerlei afkomst

8 maart Internationale Vrouwendag – 15 maart verkiezingen en hypnose

8 maart Internationale Vrouwendag & al op 15 maart verkiezingen

Poster over gelijkheid vrouw met vleugels uit hoofd
SCHLESINGER LIBRARY ON THE HISTORY OF WOMEN IN AMERICA. CREATED BY: PICRYL – PUBLIC DOMAIN MEDIA SEARCH ENGINE DATED: 1910

Op 8 maart wordt aandacht gevraagd voor de positie van meisjes en vrouwen. Welke achterstanden zijn er nog en vooral hoe kan het beter.
Dit jaar mogen Nederlandse vrouwen al 7 dagen na de vrouwendag hun stem uitbrengen. In de 19e en 20eeeuw duurde dat na de roep om vrouwenkiesrecht wat langer.
Wilhelmina Drucker pleitte als eerste vrouw in 1890 in het openbaar voor het vrouwenkiesrecht. In 1914 hield de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht een grote demonstratieve optocht om die eis kracht bij te zetten. Dat werd twee jaar nog eens overgedaan met zo’n 18000 mensen. Een ongekend opkomst in het Nederland van 6,5 miljoen inwoners met veel minder vervoers- en communicatiemiddelen.
Pas in 1917 kregen Nederlandse vrouwen passief kiesrecht. Ze konden in politieke functies gekozen worden maar mochten niet zelf stemmen. Dat felbegeerde actief kiesrecht kwam er pas in 1919.

Sufragettes

De jaarlijkse vrouwendag klinkt modern en in Nederland wordt vaak verwezen naar de Dolle Mina’s uit de jaren 60 van de vorige eeuw. Zij gingen de straat op voor gelijke rechten en baas in eigen buik. Op hun beurt zullen veel Dolle Mina’s inspiratie geput hebben uit de strijd die hun oma’s voerden rond 1900.
Die noemden zich suffragettes, verwijzend naar het Franse suffrage, dat stemrecht betekend.
Rond 1900 beleefde de westerse wereld een ongekende opleving van vaak agressieve opstandigheid door grote groepen vrouwen. Zij eisten sociale, economische en juridische gelijkheid en hun belangrijkste speerpunt was het vrouwenkiesrecht.

Krantenknipsel over suffragettes👈 In Amerika maar vooral in Engeland en Ierland ging het er daarbij vaak hardhandig aan toe. (Delftsche courant 11-04-1914)

De belaagde minister was de latere oorlogsheld Winston Churchill.👉
(Het Nieuws van den Dag 18-03-1914)

Een tragisch dieptepunt was de dood op 4 juni 1913 van de Engelse militante Emily Davison. Tijdens de beroemde paardenraces ‘Epsom Derby’ – een traditioneel mannenbolwerk – sprong ze met twee vlaggen in de hand, voor het renpaard van koning George V. Zwaargewond stierf ze vier dagen later in het Epsom Cottage Hospital.

Afbeelding van dwang uitgeoefend op gevangene
ARTIST’S IMPRESSION OF A PRISONER BEING FORCE-FED. PUBLISHED IN THE ILLUSTRATED LONDON NEWS, APRIL 27, 1912. IMAGE: WIKIMEDIA COMMONS.

Tegenmaatregelen

De overheidsrepresailles waren evenmin zachtaardig. Veel demonstranten kwamen in de gevangenis. Emily Davison was een van de eersten die zich verzetten met hongerstakingen. Dwangvoeding met slaapmiddelen Ă©n grof geweld was daarop het antwoord.
Het laat zich raden dat ook in de directe omgeving van de suffragettes de nodige discussies ontstonden. Hun vaak als onvrouwelijk bestempelde gedrag riep weerstand op en drongen familie, vooral vaders en echtgenoten in een andere positie.
Met dit gegeven vroeg de Amerikaanse schrijfster Cat Winters zich af wat er zou gebeuren als een Victoriaanse vader een hypnotiseur inhuurde om de rebellie van zijn suffragistische dochter te genezen?
In haar boek ‘The Cure for Dreaming’ gaat het over de eigenwijze Olivia Mead, een suffragette die ervan droomt om naar de universiteit te gaan. Haar vader denkt dat zijn dochter op weg is naar haar ondergang en schakelt een hypnotiseur in om haar te genezen van wat hij als on-ladylike gedrag beschouwt. De resultaten van de hypnose zijn schokkend. Het meisje blijft achter met het vermogen om gedachten te lezen maar raakt ze ook haar spraak kwijt. Uiteindelijk trekt ze met steun van hypnotiseur Henri Reverie, voordeel uit haar hypnotische toestand: ze herwint haar vrijheid en vindt haar stem terug.
Winter zegt bij haar onderzoek voor haar boek geen historisch bewijs gevonden te hebben van mensen die daadwerkelijk hypnotiseurs inhuurden om suffragisten te genezen van hun verlangen naar kiesrecht. Wellicht is het haar ontgaan dat de dwangvoeding in de gevangenis erop wijst dat opstandige vrouwen een medisch circuit ingetrokken werden. In wetenschappelijke discussies en letterkundig werk is vaak gesuggereerd dat de vrouwen leden aan hysterie. Een de-politiserende diagnose die voor menigeen de weg openzette naar een hypnotische behandeling in de geest van J.M. Charcot. Hij was de autoriteit op het gebied van de hysterie en zag daarin een sterke samenhang met hypnose.

Kritiek

Ook in eigen kring klonk kritiek als zou de vrouwenbeweging een bevlieging zijn van gegoede dames die zelf niet zoveel te klagen hadden. De felheid en vasthoudendheid waarmee de vrouwen tekeergingen kon volgens velen niet voortkomen uit natuurlijke verontwaardiging. Naast de verwijzing naar hysterie was een vaak gehoorde verklaring dat de leiders van de vrouwenbeweging hun volgelingen met toespraken hypnotisch begeesteren. In Nederland werd de strijd ook gevoerd door vrouwelijke romanschrijvers.
In de roman ‘Vrouwenkruistocht’ (1930) van Jo van Ammers-KĂŒller vinden we alle thema’s terug:
 “
. De Suffragettes?’ Gloria’s gezicht werd minachtend en hard als al de gezichten van de Cornfelts, wanneer de schandelijke naam werd uitgesproken, ‘die beschouwen wij niet als medestrijdsters, de Suffragettes werken met middelen, die onvrouwelijk en daarom verachtelijk zijn.’

Foto van vrouwen in rijtuig met demonstratiebord
CHRISTABEL PANKHURST EN HAAR MOEDER (VOORAAN) IN HUN STRIJD VOOR HET VROUWENKIESRECHT. ZIJ WAREN ERG RADICAAL EN SCHUWDEN BIJ TIJD EN WIJLE OOK GEWELDDADIGHEDEN NIET. DIVERSE MALEN BELANDDE OOK CHRISTABEL IN DE GEVANGENIS. BRON: WIKIPEDIA

Maar waarom doen ze dat?’ Joyce moest weer denken aan de optocht in Whitehall…, daarbij waren zooveel stille, bejaarde vrouwen geweest, zooveel vrouwen met verwerkte, zorgelijke gezichten; die zouden toch geen ramen ingooien of politieagenten bevechten uit baldadige overmoed en zucht om onvrouwelijk te zijn? ‘Omdat de leidsters het haar bevelen,’ zei haar nichtje met een schampere lach. ‘Christabel Pankhurst en Jane Taylor en de anderen! Mijn broer Tom beweert, dat de Suffragettes onder een soort hypnose staan en alles doen wat haar leidsters willen, al zou het brandstichting of moord zijn.’
‘Maar je verlangde toch zoo…,’ hakkelde ze ademloos, ‘je verlangde zoo verschrikkelijk naar je kind, dat al het andere niet meer telde. En je hebt het boek immers verbrand, omdat je had ingezien, dat het een leugen was.’
‘Jane had toch gelijk,’ zei Evelyn en weer huiverde het zoo vreemd over haar gezicht; het was niet te zien of het een lach of een grimas van schreien was. ‘Ze heeft altijd gezegd, dat ik me toch niet los zou kunnen maken al wou ik het, omdat de macht, die ons Suffragettes drijft, vĂ©Ă©l grooter is dan onze wil, veel grooter dan wij zelf begrijpen… omdat wij apostels zijn en gezonden om een taak te volbrengen.’
‘Maar dat is hysterie, hypnose… suggestie… dat kun je overwinnen door je verstand, door nuchter te redeneeren.’ Joyce schreeuwde het bijna, ze schreeuwde het om haar eigen angst te overstemmen..’
 ‘Opeens stonden de wonderlijke, opwindende scĂšnes van de vorige avond met scherpe duidelijkheid voor Joyce’s oogen. Het was zelfs of ze nu nog ontelbare kleinigheden zag, die haar toen waren ontgaan. Ze voelde weer de sfeer van gespannen, als geladen geestdrift… Mrs. Pankhurst met haar perkamentig, bleeke gezicht en haar hypnotiseerende oogen en haar stille, witte handen op de leuningen van haar stoel; en JanĂ© Taylor’s gelaat als een masker binnen de zwachtels en het fier gebaar, waarmee ze haar grijsflanellen mouw had opgeschoven om de bloedige striemen te laten zien.
„Deporteeren,” herhaalde oom Henry en zijn groote hand, die altijd de vorm en de kleur van een werkmanshand had behouden, reikte naar de goudbruine toast in het zilveren standaardje’. (uit Vrouwenkruistocht)

De vrouwenstrijd in Nederland was al langer gaande en weliswaar minder agressief maar daarom niet minder vasthoudend en resultaten werden er zeker geboekt. In 1878 werd Aletta Jacobs als eerste vrouw tot geneesheer bevorderd. Daarvoor moest de Hoge Raad vaststellen dat met de begrippen ‘Nederlander’ en ‘ingezetene’ zoals ze voorkomen in de grondwet niet alleen de man werd bedoeld, want indien het anders was, zou dat uitdrukkelijk zijn vermeld.
Aletta Jacobs was wellicht de bekendste voorvechter van het vrouwenkiesrecht. Oorspronkelijk stelde de wet alleen een loongrens om te mogen stemmen. Doordat Jacobs als arts genoeg verdiende voldeed aan deze loongrens en eiste ze stemrecht. Maar het verwijt dat de gegoede vrouwen alleen voor hun klasse streden is zeker aan het adres van Aletta Jacobs onterecht.

Gratis spreekuren

Jacobs hield gratis spreekuren voor minvermogenden en stelde vast dat juist die groep in ongezonde omstandigheden werkte. Tijdens een interview voor de arbeidsenquĂȘte van 1887 vroeg ze aandacht voor ongetrouwde vrouwen, en in het bijzonder voor winkelmeisjes. Ze vertelde dat winkelmeisjes lange tijd moesten staan – ‘in vele magazijnen van ’s morgens 8 Âœ tot ’s avonds 10 Âœ uur – en dat dit “zeer nadelig werkt op hare gezondheid, voornamelijk met het oog op de ziekten, behoorende tot de rubiek der gynaecologie’.
Nogal wat winkelmeisjes hadden last van ‘profuse menstruatie’ die aanvankelijk tot ‘algehele verzwakking’ en later zelfs tot een chronische ontsteking van de baarmoeder leidden. In vijf gevallen was er zelfs sprake van baarmoederverzakking. Nadat zij bij Jacobs zijn geweest en weer achter de toonbank staan keert de oude kwaal terug.
Jacobs vertelde dat in warenhuizen in Engeland stoeltjes waren geplaatst, waarop de winkelmeisjes af en toe konden uitrusten tijdens het werk, ‘terwijl dit hier niet gebeurt, zelfs wanneer ik aan de meisjes die bij mij komen zeg dat het noodzakelijk is en door de gezondheid gevorderd.’ Jacobs ging bij een winkelier in ‘wit linnen goederen’ langs, om het voor de winkelmeisjes op te nemen, maar kreeg nul op het rekest, ‘omdat de dames niet koopen wilden, wanneer de meisjes zaten. Hij vond dat zitten onbeleefd tegenover de koopsters en wilde niet de eerste zijn om er mede te beginnen.’

Hypnotisch krukje

Het pleidooi van Jacobs bracht het Bataviaasch handelsblad ertoe smalend te schrijven dat om te laten zien wat je met hypnose allemaal kunt bereiken altijd gezocht wordt naar malle dingen. Men laat mensen in het openbaar knielend om vergeving vragen aan een vermeende vijand of zich aanstellen als zangeres. In plaats van denkbeelden op te dringen om iemand te vergiftigen of dood te schieten kon je volgens de krant hypnose en suggestie toch ook gebruiken ‘om armen te laten denken dat ze miljonair zijn en hongerigen dat ze aanzitten aan een welvoorziene disch.’
Verwijzend naar Alletta Jacobs schrijft de krant “
Men zou ook de arme winkelmeisjes van tijd tot tijd, door suggestie in den waan kunnen brengen, dat zij aangenaam rusten op een mollige sofa, en op deze wijze het vraagstuk oplossen, dat tegenwoordig aan de orde is. Men herinnert zich misschien dat onze Nederlandsche doktores Jacobs te Amsterdam, als getuige opgeroepen om voor de commissie der arbeiders enquĂȘte te verschijnen, er op heeft aangedrongen, dat het winkeljuffers vergund werd achter de toonbank te zitten. Ook in Parijs dringt men op deze concessie aan, en petitiĂ©n gemaakt om te protesteeren tegen de vertikale houding waartoe de dames employeĂ©s van ‘s ochtends tot ‘s avonds gedwongen zijn, wijl het reglement haar verbiedt te gaan zitten.”

Geef ze in Gods naam een krukje

‘Bij herhaling heeft men aangedrongen op de aanstelling van mannelijk personeel in de modemagazijnen; doch de eigenaars der magazijnen willen er niet van hooren. Vergeefs hield men hun voor, dat de betrekking van die winkeljuffrouw een krachtsinspanning eischt, die de zwakkere sekse niet in staat is zich te getroosten. Zij moeten zware balen goed hanteeren, op de toonbank leggen, afrollen, afmeten, de ladder beklimmen om de stoffen en weder op hunne plaats te leggen; allemaal gymnastiek, die mannelijke krachten eischt. Meermalen gebeurt het dan ook, dat een of ander arm slachtoffer onder de inspanning bezwijkt.
Het schijnt echter dat de klandizie zou afnemen, indien men de winkeljuffers afschafte. Nu goed, waarom haar men dan niet veroorloofd van tijd tot tijd te gaan zitten? Geef ze in Gods naam een krukje. Het zou een weldaad zijn.’

Hoe hoort het eigenlijk?

Het in 1887 bepleitte krukje zou nog lang op zich laten wachten. De etiquette bijbel ‘Hoe hoort het eigenlijk?’ van Amy Groskamp-Ten Have adviseert nog in 1940 dat ‘Wanneer van drie achter de toonbank gezeten verkoopsters er een een klant krijgt, behooren de beide andere verkoopsters eveneens op te staan en te blijven staan tot de klant weg is
’

Waar de winkelmeisjes in de maatschappelijke pikorde stonden beschreef CornĂ©lie Noordwal in 1903 in haar roman ‘De winkeljuffrouw uit l’Oiseau d’Or. Chapeaux pour dames et enfants’

1: „Mevrouw . . . dank u beleefd.” Nora boog, wandelde achter haar aan.

De barones stampte door den winkel met Charlie; haar volle gestalte van groote Juno, reusachtig dóór, tusschen de buigende winkelmeisjes, die zij allen zeer klein en burgerlijk maakte.
Ondanks haar misschien gewild plomp doen, haar bijzonderen stijl, was zij hier toch de groote dame, het wezen van ras en losse voornaamheid. De patroon schoot wederom achter zijn omhekten lessenaar uit en boog. De barones knikte goedig. ~Ik kom altijd ’s morgens bij jullie, dan word ik beter geholpen, en door deze” zij wees naar Nora. Zij behandelde den patroon, als was hij iemand uit een boter- en kaaswinkeltje. „Winkelier, winkelier, wat beduidde nou winkelier? wat was ’t, hù ..?”

 Zijn jullie klaar, wij moeten nog eten, ’t is over jullie tijd. De baas zal ons geven, als wij over half twee zijn.”
De eerste partie trappelde, als een troep opgejaagde ganzen, de tweede voorbij. Beneden keek de patroon, al ontevreden, strak van het eene soezige, of te levendige gezicht met helroode kleur, in het andere; alle trekken terugdwingend tot hun normale uitdrukking van onderdanige winkeljuf-achtigheid, door zijn heerschersblik. Hij liep om ze heen, hij snoof, maar precies achter wat zij uitgevoerd hadden, kon hij niet komen, schoon hij klaarblijkelijk zijn vermoedens koesterde. Hij achtte het toch het oogen-blik, hun een preek te geven over enkele onoplettendheden, waaraan zij zich gedurende zijn afwezigheid, dien morgen, hadden schuldig gemaakt; als gewoonlijk eindigend: ”ik ben gĂ©Ă©n schoolmeester en gĂ©Ă©n opvoedkundige.”

 2: „Och, je bent nog niet uitgeslapen!” gilde Juust door het glas heen, en wreef haar oogen.
Nora’s schouders rukten andermaal omhoog, en de kin op, bestraffingen over te laat komen trotseerend, trad zij den winkel in. Negen andere jufvrouwen liepen druk af en aan, dwarrelden dooreen, stonden stil in pratende groepjes, die terstond zich scheidden, gesneden door een loerblik uit het wakend oog van den patroon, als steeds gereed, van achter zijn lessenaar in den voorwinkel, alle inbreuk maken op de gestelde regelen zijn censuur te laten ondergaan. Daar stond hij, de hoogepriester; zijn lessenaar het altaar waaraan de zonden werden geboet en beleden.
Nora wilde regelrecht naar de paskamer.
Hij liet haar kalm doorstappen, doch juist toen zij ging langs zijn lessenaar, hield hij haar staande met „pang” een pistoolschotje: „Bóéte, Dutoit.”
„Góéd!” Nora’s gezichtje legde spijtig, terwijl zij heur dierbare kwartje voor hem neer liet rollen als een hoepeltje de lessenaarhelling af.
Niet noodig te vragen wie haar de boete bezorgd had. Stielkens, de, die kwartjes-krijgende, vrome Stielkens, met heur vossenhaar strak langs de dunne bloedelooze ooren van heur uitgestreken gezicht; Stielkens, de trouwe kerkgangster, die haast geen oogen meer bezat om de traktaatjes te lezen, waarop zij door vrome beschermende freules en mevrouwen onthaald werd, Stielkens had natuurlijk zoetjes gefleemd; „MenĂ©Ă©r, Dutoit is er nog nie-iet!”

Keukenmeidenromans en Juffrouwen van de Groote Bazaar

Tekening van een winkelTekening van hypnotiseur welke een vrouw in hypnose brengtWinkelmeisjes, huishoudelijk personeel en gouvernantes werden zedelijk niet hoog aangeslagen maar mede door de strijd van de suffragettes gingen ze langzamerhand meer verdienen en werden daardoor in economisch opzicht interessantere doelgroepen. Ze konden zich financieel meer veroorloven en kregen ook iets meer vrije tijd. Vooral dat laatste was voor uitgevers aanleiding zich grootscheeps met eenvoudig ontspanning lectuur op hen te storten. Weliswaar voor elke doelgroep herkenbaar maar met eenzelfde formule waarin de lezeres kon wegdromen in een romantische maar onbereikbare

Voorpagina boek hypnose sterker dan liefde
wereld. Waarin ze wel gered wordt door een rijke echtgenoot of onverwachte erfenis uit haar uitzichtloos leven in de keuken van een vreemd gezin, winkel of de opvoeding van andermans kinderen.
Het was ook de tijd waarin de eenvoudige ontspanning lectuur zich grootscheeps meester maakte van de hypnose zodat een combinatie voor de hand lag. Boeken en pulpromans werden aangeprezen met een verwijzing naar de doelgroepen. De reeks ‘De winkeljuffrouw van den Grooten Bazaar’ van A. Sternberg lijkt een serie te zijn over een winkeljuffrouw maar de winkeljuffrouwen daarin zijn schaars. De combinatie ‘winkeljuffrouw’ en hypnose’ zoals in nummer 12 ‘De erfenis door hypnose’ was dubbel aantrekkelijk. Titels als ‘De Bruid van den Ziener (1908); ‘Liefde en Magnetisme’ (ca. 1920); ‘Bedelares of Schatrijk’ (1910); De schoone ziekenverpleegster (ca. 1908) ‘De Gravin en de bedelares’ (1911) en ‘De wraak van een vrouw (1911) waren voldoende om bij weg te zwijmelen

Afbeelding hypnotiseur welke vrouw in hypnose brengt

👈    Altijd goed zat de uitgever die zich rechtstreeks richtte op alle vrouwen uit de ‘Volksklas’.

Hypnose in de bioscoop

Na het bereiken van het vrouwenkiesrecht was er nog genoeg te doen. De vrouwenbeweging was breed georiĂ«nteerd en hield zich op allerhande terreinen bezig met de belangen van vrouwen. Gezondheidzorg was nog steeds belangrijk. De presidente van het Maandblad van de Nederlandsche Vereeniging van Staatsburgeressen (vroeger Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht). Mevrouw Th. Thiel—Wehebein, riep in 1923 haar achterban op steun te betuigen aan het ‘ComitĂ© tot het verkrijgen van een verbodsbepaling tegen hypnotische demonstratie’. Ze benadrukt dat het ‘allerminst in mijn bedoeling, van de hypnose op zich zelf kwaad te spreken; dat zou trouwens niet anders dan oppervlakkigheid verraden. Hypnose en suggestie hebben zich reeds hare plaats in de officieele wetenschap veroverd’.
Het comitĂ© en de presidente stoorden zich aan de vele openbare theatervoorstellingen. Alleen al in het vorige jaar (1922) waren er in Nederland maar liefst maar liefst honderd optredens door ongeschoolde hypnotiseurs geteld en: ”in Amsterdam is het zelfs reeds zoo ver gekomen, dat in een der bioscoop-theaters iederen avond — als afleiding tusschen de vertoonde films — gehypnotiseerd wordt. Arm, ontredderd menschengeslacht, dat steeds naar scherper prikkels zoekt, om zich te verstrooien en dat door gewetenlooze ondernemers zoo wordt misbruikt!

Krantenartikel over foutief woordHaar oproep werd door afdelingen in het land ondersteunt al begreep niet iedereen de finesse ervan. Maandblad Van De Nederlandsche Vereeniging Van Staatsburgeressen,15-04-1924

 8 maart: opwekken uit de hypnose

Johanna Naber, een Nederlands feministe en schrijfster van historische studies had een opdracht aan de komende generaties. Zij concludeerde in 1934: “Thans moeten wij onzen meisjes bijbrengen de erkenning der gelijkwaardigheid van het gehuwde en het ongehuwde leven voor individu en Staat. Wij moeten haar opwekken uit de hypnose van het traditioneele, conventioneele begrip, dat als het niet komt tot een huwelijk, het hoogste niet wordt bereikt. Het huwelijk is het hoogste niet, dat is een waan. Het Leven, het groote Leven heeft meer te geven dan het bezit van een echtgenoot en van een eigen kind.”

 

Literatuur

  • Ammers-KĂŒller Jo van, Vrouwenkruistocht, 1930
  • Bataviaasch handelsblad 27-06-1887
  • Groskamp-Ten Have, Amy adviseert ‘Hoe hoort het eigenlijk?’ 4e ed. 1940
  • Marinus, Anne & A. Kunst, Honderd jaar Nederlandstalige pulpbladen, 2009
  • Naber, Johanna W.A., Wat heeft het feminisme der Nederlandsche vrouw gebracht? Wat mag het daarom van deze verwachten? 1934
  • Noordwal CornĂ©lie, ‘De winkeljuffrouw uit l’Oiseau d’Or. Chapeaux pour dames et enfants’, 1903
  • Winters, Cat, The Cure for Dreaming Amulet Books, 2014

©2023, Johan Eland